Bij deze willen we jullie informeren over nieuwe wetgeving vanuit het IL&T. (Nederlandse overheid)

Concreet komt het erop neer als je vaart over de genoemde wateren er zwemvesten en een ELT mee moet aan boord. IL&T heeft aangegeven hierop de komende zomer te controleren.

Ballonvaren over open water BOP.BAS.340 geeft de eisen weer voor vluchten over water. Het blijkt dat dit niet goed bekend is bij ballonvaarders.
Aangezien er een aantal belangrijke eisen gesteld worden wil ILT hier graag de aandacht op vestigen. Voor een vaart over water plaats vindt, moet de PIC een risicobeoordeling maken waarbij de risico’s in kaart worden gebracht in geval van ditching (landing te water).
Hoe groot is de kans van overleven?

Hierbij moet rekening worden gehouden met de volgende punten:

  • Staat van het water (rustig/ruig)
  • Water en lucht temperatuur
  • Afstand tot land
  • Beschikbaarheid van hulpdiensten
 
 Heel praktisch kan gesteld worden dat alle volgende ballonvaarten ten minste hier aan voldoen:
  • Ballonvaarten in Zeeland, die het water over gaan of als de mogelijkheid bestaat dat het nodig is.
  • Ballonvaarten die grote waterpartijen overvaren, zoals de Waddenzee, het IJsselmeer, etc.
 
 Op basis van de risicobeoordeling moet de PIC bepalen om de volgende items mee te voeren tijdens de vaart:
  • Reddingsvest voor elke inzittende
  • Tot 6 inzittenden: een PLB of ELT
  • Meer dan 6 inzittenden: een ELT
  • Equipment voor het geven van noodsignalen (bijvoorbeeld: flare)
 
 

Het is aan te bevelen om deze risicobeoordeling vast te leggen, zodat deze ook gemakkelijk inzichtelijk is tijdens audits en controles. Voor meer informatie, zie BOP.BAS.340 + AMC materiaal.

Ter verduidelijking, er geldt dus geen minimum afstand tot land. In de winter een water landing maken op 1km van land geeft al dusdanige risico’s op het niet overleven van de noodlanding, dat er aan alle punten gedacht dient te worden.

X

Paswoord vergeten?

Word lid